Bad Langensalza

Inhoud

Bad Langensalza ligt in de Duitse deelstaat Thüringen in het voormalige Oost-Duitsland, aan de kruising van de B 84 en de B 247. De stad ligt op zo’n 25 kmten noordoosten van Eisenach, op 20 kmten zuidoosten van Mühlhausen en op 25 kmvan Gotha.


De oppervlakte van Bad Langensalza bedraagt 12.370 ha. Van noord naar zuid heeft de stad een doorsnede van 3,5 km en van oost naar west 4 km. Ter vergelijking, Oostkamp heeft een totale oppervlakte van 7.964 ha.

Het historische deel van de stad heeft ongeveer 14.645 inwoners (1998). Groot Bad Langensalza heeft 20.265 inwoners. Er zijn 12 voorstadjes, nl. Eckardtsleben, Illeben, Grunbach, Henningslaben, Waldstedt, Wiegleben, Nägelstedt, Ashara, Grosswelsbach, Merxleben, Thamsbrück en Zimmern. Ter vergelijking, Groot-Oostkamp telt zo’n 21.395 inwoners.

Meer info

Bad Langensalza, districtstad en zwavelbad (ze hebben de sterkste zwavelbronnen van Duitsland) aan de Salza en de Unstrut, kan bogen op een meer dan duizendjarige geschiedenis. Diverse gebouwen in de binnenstad en de goed bewaarde ringmuur met verdedigingstorens zijn de getuigen hiervan. Oude historische bronnen vermelden reeds in 932 na Christus de plaats ‘Salzaha’ wanneer Koning Hendrik I uit het huis Lodewinger in Saksen het als schenking geeft aan Abt Megingoz van Hersfeld. Reeds tegen het eind van de 12e eeuw zou de plaats versterkt zijn geweest, want al in 1196 ontstond ‘buiten de muren’ de bergkerk Sint-Stephan (53,5 m hoog).

In 1212 belegerde keizer Otto IV de Dryburcht de befaamde ‘Dribock’ om de poort van de vesting te slechten. Daarbij maakte hij gebruik van de grootste belegeringsmachine ooit. Na het vertrek van de keizerlijke troepen vernieuwden de leenheren van Salza de ommuring van de plaats en verhieven zij de nederzetting tot stad, tot ‘oppidium Saltza’. De Bonifatiuskerk of Marktkerk (73,5 m hoog) wordt reeds in 1271 vermeld.

In 1336 sloten de landgraaf van Thüringen en de aartsbisschop van Mainz een verdrag volgens welk de drie naburige gemeenschappen oude binnenstad, nieuwe binnenstad en Jakobsstad een gemeenschappelijke raad vormden. Twintig jaar later kreeg ‘Salza’ een nieuwe, alle drie de stadsdelen omsluitende muur. In 1485 kwam de stad onder heerschappij van de Albertijnen.

In 1815 kwam ‘Langensalza’ bij Pruisen, waarna de plaats al snel een districtsstad werd. Tijdens de Duitse oorlog van 1866 probeerde het leger van Hannover met 18.000 man vanuit Göttingen naar Meiningen door te breken. Bij Langensalza versperden 8.000 Pruisen hen de weg. Het gevecht leverde aan beide zijden grote verliezen, maar aan het einde van de dag was er nog geen beslissing gevallen. De volgende dag bood koning Georg V van Hannover de capitulatie van zijn leger aan. Deze slag is afgebeeld op een indrukwekkend groot schilderij in het Heimatmuseum. In 1928 stelde men vast dat Langensalza de sterkste zwavelbronnen van Duitsland had en werd begonnen met de bouw van verschillende kuuroorden.

Na de Tweede Wereldoorlog valt Langensalza onder de Russische invloedssfeer. Op 28 juli 1945 wordt de stad door Russische troepen bezet. Tot 1989 zal de stad behoren tot de Duitse Democratische Republiek (DDR). In 1956 mag Langensalza zich als erkend kuuroord officieel ‘Bad’ noemen.

In 1989 worden Oost- en West-Duitsland opnieuw herenigd. De welvaart in de streek stijgt en Bad Langensalza wordt uitgebouwd tot modern kuuroord. Ook het jongste Nationaal Park van Duitsland in Hainich komt onder bestuur van de stad. Het is een stuk ongeschonden woud waar planten (beuken, orchideeën, aronskelken…) en dieren (wildkatten, waldouilen, spechten…) in grote getale beschermd en bestudeerd worden. In 1993 werd de heer Bernhard Schönau burgemeester. Onder zijn bestuur wordt werk gemaakt van een grondige restauratie van huizen en historische gebouwen.