Gemeente Oostkamp stelt met trots een vernieuwde versie van De Merel voor. Het vertrouwde gemeentemagazine kreeg een nieuw jasje en valt voortaan om de twee maanden in de brievenbus. Ook de activiteitenkalender werd vernieuwd en wordt maandelijks zowel online als op papier verspreid. De eerste editie van het vernieuwde magazine De Merel valt in de bus tijdens de herfstvakantie.
De vernieuwde Merel telt meer pagina’s, waardoor er meer ruimte is voor inhoudelijke dossiers. Zo ontdek je in het eerste nummer heel wat informatie over waterbeheer en rioleringen. Daarnaast is er ook aandacht voor de gemeentelijke dienstverlening en voor verhalen en vragen van inwoners. Je vindt in elke editie ook een aantal beslissingen van de gemeenteraad. Met deze mix wil de gemeente voor elke lezer iets boeiends brengen en de inwoners goed informeren over de dienstverlening, het beleid en wat reilt en zeilt in 8020.
Met de vernieuwde Merel zet Oostkamp in op duidelijke, toegankelijke en vooral betrouwbare communicatie. Het gemeentebestuur wil inwoners niet alleen informeren, maar ook houvast bieden in een tijd waarin correcte informatie niet altijd vanzelfsprekend is.
Nieuwe activiteitenkalender: online en offline
Oostkamp telt heel veel verenigingen die op hun beurt ook weer veel boeiende activiteiten organiseren. Om hun activiteiten en die van de gemeente zelf meer onder de aandacht te brengen, werd de activiteitenkalender die in De Merel zat, herwerkt tot een aparte publicatie. Iedereen krijgt voortaan elke maand een activiteitenkalender in de bus. Daarnaast lanceert de gemeente ook een online activiteitenkalender. Inschrijven hierop kan via het online formulier op de website.
Voor de verenigingen verandert er niets aan de procedure. Zij kunnen nog steeds tot de 10e van de maand hun activiteiten ingeven op UiT. Dan verschijnen die automatisch op de gemeentelijke website, en worden ze meegenomen in de activiteitenkalender.
Geschiedenis van De Merel
De Merel was in oorsprong een initiatief van de Oostkampse Culturele Raad, met als titel Kultuurleven. De eerste editie verscheen in 1971. Na de fusie van 1977 werd het een gemeentelijk magazine, maar wel met dezelfde groep vrijwilligers als redactieraad. Het blad kreeg na een burgerbevraging de naam De Merel, die verwijst naar het wapenschild van Oostkamp waarop merletjes staan, watervogels zonder bek of pootjes. De naam is tot op vandaag altijd gebleven, en ook heel wat onderwerpen zijn nog steeds gelijkend. De taal, stijl en vormgeving veranderden wel sterk doorheen de jaren.
Ben je geboeid door de geschiedenis van De Merel? Ga dan zeker eens langs op het Erfgoedcafé op zondag 16 november tussen 10 en 12 uur. De erfgoedraad organiseert er een boeiende voormiddag rond het gemeentemagazine De Merel. Samen met de erfgoedraad hoopt de gemeente op 16 november zoveel mogelijk mensen bijeen te brengen die ooit aan De Merel hebben meegewerkt om samen terug te blikken op een nu al mooie geschiedenis.
Jan de Keyser, burgemeester: “Studies tonen aan dat een gemeentelijk infoblad nog steeds een van de meest gewaardeerde en doeltreffende kanalen is om inwoners te bereiken. Dat het ook effectief gelezen wordt, merken we telkens opnieuw wanneer onze diensten na bepaalde oproepen plots meer aanvragen ontvangen. De vorige versie van De Merel bood echter weinig ruimte voor achtergrondinformatie, ondersteunende dossiers en duiding over de dagelijkse dienstverlening. Toch bestaat daar duidelijk behoefte aan. Daarom krijgt dat nu een prominentere plaats. In een tijd waarin desinformatie en halve waarheden overal circuleren, is betrouwbaarheid belangrijker dan ooit. De Merel wil net dat verschil maken: een baken van zekerheid zijn, waar inwoners correcte, volledige en evenwichtige informatie vinden. Dat is niet zomaar een ambitie, maar een belofte. Ook de activiteitenkalender kreeg een nieuw, aantrekkelijk jasje en wordt voortaan apart verspreid. Zo springen de activiteiten meer in het oog, en hopen we dat nog meer mensen deelnemen aan het rijke verenigingsleven in onze gemeente. Op die manier versterken we niet alleen de communicatie, maar ook het lokale verenigingsleven. We hopen dat beide publicaties gesmaakt worden door een breed publiek.”
